Welke utiliteitsgebouwen(delen) zijn labelplichtig?
Een (utiliteits)gebouw moet op een transactiemoment (verkoop, verhuur of oplevermoment) voorzien zijn van een energielabel.
Het energielabel is verplicht bij gebouwen met de volgende gebruiksfuncties of een combinaties
van deze gebruiksfuncties:
• kantoor,
• gezondheidszorg (klinisch en niet-klinisch),
• bijeenkomst,
• onderwijs,
• sport (verwarmd en matig verwarmd),
• logies,
• cel- en winkelfunctie.
Uitzonderingen hierop zijn:
• Monumenten zoals bedoeld in de Monumentenwet of in de provinciale of gemeentelijke monumentenverordening;
alleenstaande gebouwen met een gebruiksoppervlakte kleiner dan 50 m2;
• een gebouw dat in gebruik is voor erediensten en/of religieuze activiteiten (kerk en/of moskee);
• een gebouw dat onteigend is en vervolgens wordt gesloopt;
• een tijdelijk gebouw met een gebruiksduur van maximaal 2 jaar;
• een gebouw waar geen energie gebruikt wordt om het binnenklimaat te regelen (trekkershut of gite).
Betreft het een gebouw dat valt onder een van deze uitzonderingen, maar is er wel een labelplichtige gebruiksruimte
aanwezig (zie tabel 1) ? Dan is het toegestaan een energielabel op te stellen. Verplicht is dit echter niet.
Overigens kan voor een gebouw alleen een energielabel worden aangevraagd als het is geregistreerd in de
Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Dit is te zien op www.kadaster.nl/-/bag-viewer.
Industriële objecten
Gebouwen met alleen een industriefunctie zijn niet verplicht om in geval van een transactie een energielabel
te hebben. Voor gebouwen waarin naast de industriefunctie ook een andere wel energielabelplichtige
gebruiksfunctie aanwezig is, geldt alleen een verplichting voor de labelplichtige delen als het gebruiksoppervlakte
van het labelplichtige deel (of een combinatie van de gezamenlijke labelplichtige gebruiksfuncties)
groter is dan 50 m2.
De kantoren van 40 m2 (gezamenlijk gebruiksoppervlakte) in een industriehal zijn dus niet labelplichtig.
De kantoor- en een onderwijsfunctie (gezamenlijk gebruiksoppervlakte kantoor- en onderwijsfunctie van
55 m2) in of bij een industriegebouw zijn daarentegen wel labelplichtig.
Gebouwen met combinaties van gebruiksfuncties
Hoe zit het met een aanvraag voor een pand met een tweeledig gebruiksdoel? Bijvoorbeeld een winkel met
erboven een woonhuis.
Indien beide delen een eigen, in de BAG geregistreerd, adres hebben:
– Voor elk deel van het pand is dan een apart label nodig (een energielabel voor de woning en een energielabel
voor een utiliteitsgebouw voor de winkel).
– In BAG moet het pand dan wel gesplitst zijn, zodat beide functies een eigen code (VBO-ID) hebben waarop
een label kan worden geregistreerd.
– Voor het energielabel voor de winkel moet een gecertificeerde EPA-adviseur een Energie-Index opstellen.
Voor de woning kan de woningeigenaar het label aanvragen via energielabelvoorwoningen.nl, of een
Energie-Index voor woningen laten opstellen.
Als het pand maar één adres en één VBO-ID heeft, dan is er ook slechts één energielabel mogelijk. Er kunnen op
één adres dan toch twee gebruiksdoelen zijn. Als in het geval van één adres een van de gebruiksdoelen een
woningfunctie betreft die bij het Kadaster geregistreerd staat, dan heeft de pandeigenaar de keuze: óf hij
registreert een label voor woningen via energielabelvoorwoningen.nl (of de EI-route voor woningbouw) óf hij
laat (tegen hogere kosten) een Energie-Index en label voor Utiliteitsbouw opstellen.
Of een gebouw twee VBO-ID’s heeft is te controleren via www.kadaster.nl/-/bag-viewer. Eventuele fouten
kunnen via deze site worden doorgegeven. De wijzigingen gaan automatisch naar de betreffende gemeente
die op basis van bewijsstukken correcties kan aanbrengen in de BAG. Daarbij houden gemeenten rekening
met het bestemmingsplan en vergunningen. Doorgevoerde wijzigingen in de BAG worden periodiek
geüpdatet in de webapplicatie.
Download hier het complete artikel en voorbeelden
Bron: RVO